De myoglobine-testcassette (volbloed/serum/plasma) is bedoeld voor in vitro kwantitatieve
bepaling van myoglobine in volbloed, serum of plasma van mensen als hulp bij de diagnose
van Myocardinfarct (MI).
[OVERZICHT]
Myoglobine (MYO) is een heme-eiwit dat normaal gesproken voorkomt in skeletspier en hartspier met een
Het vormt ongeveer 2 procent van het totale spierproteïne en is
De spiercellen zijn verantwoordelijk voor het transport van zuurstof in de spiercellen.
Na de behandeling van de patiënt met de geneesmiddelen wordt de myoglobine snel in het bloed vrijgegeven vanwege zijn relatief kleine grootte.
Bij de dood van weefsel in verband met MI is myoglobine een van de eerste markers die boven de
Het niveau van myoglobine stijgt binnen 2-4 uur meetbaar boven de uitgangswaarde.
na een hartaanval, met een piek na 9-12 uur en terugkeer naar de uitgangswaarde binnen 24-36 uur.2,3 Een aantal
De resultaten van de onderzoeken wijzen erop dat de meting van myoglobine een diagnostische hulpmiddel is bij het bevestigen van de afwezigheid van
van myocardinfarct met negatieve voorspellende waarden tot 100% gemeld op een bepaald moment
De patiënt heeft een periode na het begin van de symptomen.4
[BEGINSEL]
De Myoglobin Test Cassette (Heelbloed/Serum/Plasma) detecteert Myoglobin op basis van:
Het monster beweegt zich door de strip van het monsterpad naar de
Als het monster myoglobine bevat, hecht het zich aan het fluorescerende
De complexen worden dan door de microsfeer geconjugeerd.
De concentratie van de teststof in de testlijn is gelijk aan de concentratie van de teststof in de testlijn, maar de concentratie van de teststof in de testlijn is gelijk aan de concentratie in de testlijn.
Myoglobine in het monster correleert met de intensiteit van het fluorescentie-signaal die op de T-scan is vastgelegd.
Volgens de fluorescentieintensiteit van de test en de standaardcurve wordt de
de concentratie van myoglobine in het monster kan worden berekend doorAnalysatorom Myoglobine te laten zien
concentratie in het monster.
[Reagentia]
De test omvat met anti-myoglobine-antilichamen beklede fluorophoren en anti-myoglobine-antilichamen.
de laag op het membraan.
[Voorzorgsmaatregelen]
1- Alleen voor professioneel in vitro diagnostisch gebruik.
2Gebruik niet na de op de verpakking vermelde vervaldatum.
De zak is beschadigd.
3. Vermijd kruisbesmetting van de proeven door gebruik te maken van een nieuwe proefverzamelcontainer voor
elk verkregen exemplaar.
4Eet, drink of rook niet in het gebied waar de monsters en testen worden behandeld.
alle specimens als indien zij besmettelijke agentia bevatten.
Het is belangrijk dat de patiënt zich gedurende de gehele procedure bewust is van de microbiologische gevaren en de standaardprocedures volgt voor de juiste behandeling.
draag beschermende kleding zoals labjassen, wegwerphandschoenen
en oogbescherming bij het testen van monsters.
5Vervang of meng reagentia uit verschillende partijen niet.
6Vochtigheid en temperatuur kunnen de resultaten negatief beïnvloeden.
7Gebruikte testmaterialen moeten worden weggegooid in overeenstemming met de lokale voorschriften.
8Lees de hele procedure zorgvuldig door voordat u een test doet.
9De myoglobine-testcassette mag alleen met de analysator worden gebruikt door medische
Professionals.
[Opslag en stabiliteit]
1De kit dient te worden bewaard bij 4-30 °C tot de vervaldatum die op de verzegelde verpakking is aangegeven.
2De test dient tot het gebruik in de verzegelde zak te blijven.
3Niet bevriezen.
4Gebruik niet als de onderdelen van de kit niet besmet zijn.
Er is bewijs van microbiële besmetting of neerslag.
de uitrusting, de containers of de reagentia kunnen leiden tot onjuiste resultaten.
[VERSAMELING EN VOORBEDELING VAN SPECIMEN]
Voorbereiding
Voordat u de test uitvoert, moet u ervoor zorgen dat alle onderdelen in de kamer zijn gebracht
De temperatuur (15-30 °C) van de koel bufferoplossing of vochtcondensatie op het membraan kan
tot ongeldige testresultaten leiden.
Beheer van monsters
1Verzamel het monster volgens standaardprocedures.
2. laat de monsters niet langere tijd op kamertemperatuur.
de monsters mogen maximaal 3 dagen bij 2-8 °C worden bewaard; voor langdurige opslag mogen de monsters
Volledig bloed dat via venepunctie is verzameld, dient te worden opgeslagen bij een temperatuur van -20 °C.
Gehele bloedmonsters mogen niet worden ingevroren.
Volbloed verzameld met een vingerstok moet onmiddellijk worden getest.
3Voor het testen moeten de monsters op kamertemperatuur worden gebracht.
Vermijd herhaaldelijk bevriezen en ontdooien van
exemplaren.
4EDTA K2, heparine natrium, natriumcitraat en kaliumoxalaat kunnen als de
anticoagulantia voor het verzamelen van het monster.
Verdunning van het monster / stabiliteit van het monster
1Het monster (50 μL serum / plasma / 75 μL volbloed) kan direct worden toegevoegd.
met de micropipet in de buffer.
2Sluit de buis en schud de steekproef met de hand gedurende ongeveer 10 seconden
meng het monster en de verdunningsbuffer.
3Laat het verdunde monster ongeveer 1 minuut homogeniseren.
4Het is het beste om het verdunde monster op een ijszak te plaatsen en het monster in de kamer te laten.